Dhr. Bakker werd samen met zijn broer opgepakt tijdens de grote razzia in Rotterdam, november 1944. Na enkele dagen wisten beiden te ontsnappen door 'snachts uit de trein te springen. Cor raakte daarbij zijn tas met kleding kwijt. Ze zijn richting de achterhoek gaan lopen omdat ze daar familie hadden. Ze werden toch opgepakt door een paar landwachters en gevangen gezet in Meppel, in een soort half open werkkamp. Na twee weken zagen ze kans weg te lopen en gingen te voet naar Rotterdam. Een tocht van 5 dagen. Cor kwam later in de problemen omdat hij een fiets wilde stelen van een Duitser aan de Coolsingel. Hij werd gepakt en vervolgens in Amersfoort opgesloten. Voor het einde van de oorlog ontdekte hij enkele fietsen op een zolder in het kamp en wist er alsnog één achterover te drukken. Dit marsbevel heeft betrekking op zijn verlof naar Rotterdam en moest zijn nieuwe fiets behoeden voor invordering. Hij denkt zelf dat de commandant alleen meewerkte hieraan omdat hij opeens vriendelijk wilde doen tegen de kampbewoners, met de bevrijding in het vooruitzicht. Cor heeft diverse keren overwogen om Duitsers en Landwachters te doden, als de situatie erg bedreigend werd. Later kreeg hij het daar moeilijk mee.