Over sigaretten en chocolade.
Mijn vader was een verwoed sigarettenroker. Toen gedurende het verloop van de oorlog het rantsoen rookwaren steeds minder werd en tenslotte geheel wegviel, moesten er andere wegen gevonden worden om aan zijn rookbehoefte te voldoen. Zijn smaak was door de officiële regeringssigaretten, die tot dan toe op de bonnen verkrijgbaar waren, merk Rhodesia ofwel Regering Holland Ontdekte Deze Ellendige Sigaretten In Afrika, geheel verpest, zodat het er niet zoveel toe deed, wat hij eigenlijk rookte. Eerst was daar de belsenshag, tabak afkomstig uit België, die op de zwarte markt te verkrijgen was. Het stonk een beetje. Toen gingen wij op het schooltuintje ons eigen tabak kweken. Het was wonderlijk, dat op de veenachtige grond langs de spoorbaan de tabaksplanten toch vrij goed groeiden. Het ongeduld was zo groot, dat nauwelijks gewacht kon worden, totdat de bladeren rijp voor de oogst waren. Soms werd er ook een bruin blaadje van de buurmans planten geleend. De voorbewerking vond plaats in de keuken, waar een eesttrommeltje boven de gasvlam werd rondgedraaid. Wat een stank. Eerst moesten de bladeren geritst, ontdaan van de dikke middennerf worden en daarna gekerfd. De grove shag werd nog gesausd en dan in de eest. Toen er geen tabaksbladeren meer waren omdat de schooltuinen langs de spoorbaan niet meer toegankelijk waren, werd sla als grondstof genomen. Als het maar rookte en stonk.
Het was dan ook een hele gebeurtenis, toen de eerste Engelse sigaret ten tonele kwam. Medio april 1945 was de voedselsituatie in westelijk Nederland zo slecht geworden, dat de geallieerden in overleg met de bezetters voedsel zouden afwerpen vanuit de bekende bommenwerpers. Hiertoe was een aantal drop zones aangewezen, waarvan er één lag aan het begin van het Kralingse Bos, naast de plas, ongeveer waar nu het sportcomplex Lange Pad ligt. Ik was op school in afdeling Oost van het Erasmiaans Gymnasium aan de Vredehofweg, waar wij dagelijks naar toe liepen vanuit Blijdorp, want fietsen hadden wij niet meer. Tijdens een les hoorden wij de vliegtuigen laag overkomen, iedereen ging naar de bovenste verdieping en daar zagen wij de droppings. Het was aan de mensen streng verboden in de buurt van de drop zones te komen om plundering tegen te gaan. Maar er viel wel eens iets niet precies op de goede plaats, zoals in de plas. Al snel ging het gerucht, dat er best iets te halen zou zijn als je met een bootje de plas op kon. Ook dit werd verboden, maar er was onvoldoende toezicht om dit geheel tegen te gaan.
Onze buurvrouw, mevrouw Aalbers, had familie wonen in Kralingen aan de Sofiakade. Zij zorgde voor een introductie bij haar neven, die handige jongens waren. Zij konden aan een roeiboot komen, en zo gingen wij tijdens een dropping de plas op. Dit was niet geheel zonder gevaar, omdat een misser weleens op de boot zou kunnen vallen. Er is ook een man gedood aan het Lange Pad, die een los vallend blik op zijn hoofd kreeg. De zakken waarin de goederen verpakt waren, gingen vaak los gedurende de val en dan werd de inhoud wijd en zijd verspreid. Wij hadden niet veel geluk. Alleen één blik met verrijkte Cadbury chocolade tabletten werd opgevist. De buit werd eerlijk verdeeld en vol trots bracht ik mijn deel thuis. Als klap op de vuurpijl kreeg ik ook een paar Engelse sigaretten mee, Players, die de handige jongens tijdens een eerdere expeditie bemachtigd hadden. Pa was bijzonder is zijn sas met de sigaretten, de eerste echte na zoveel jaren. Ook de chocolade was welkom, al mochten wij maar één blokje per keer opeten, omdat wij anders kotsmisselijk zouden worden. De verrijkte chocolade was veel te zwaar voor onze uitgehongerde lichamen.
Vanwege schaarste was tabak op rantsoen, en daarna geheel niet meer verkrijgbaar. Tabaksplanten werden op de volks- en schooltuinen gekweekt. De kwaliteit was matig, maar er was niets anders. Aan het eind van de oorlog toen er geen gebruik meer mocht worden gemaakt van de tuinen werd er zelfs slabladeren gedroogd en gerookt.