Mevrouw Baris-Boers was kinderjuf van Jules Walg (1937- toen was hij 4 jaar). Roepnaam Juultje. De familie Walg woonde aan de Walenburgerweg 4C in Blijdorp. Zijn vader, snelfotograaf lzaak Josef Walg, had een fotozaak op Coolsingel 67.
lzaak Josef Walg was getrouwd met Henriette van Ploeg. Ze kregen een dochter Jetta (1925) en een zoon Juda (1933). Mevrouw Baris was alleen van Jules de kinderjuf omdat zus Jetta wat ouder was.
Mevrouw Baris-Boers heeft veel met Jules gedaan:
Ze heeft bijvoorbeeld een maand lang in Scheveningen met joodse kindertjes doorgebracht op het strand. Joodse moeders brachten hun kinderen en haalden ze weer op. Diergaarde bezocht/ Speeltuin bezocht etc.
Ze heeft 1,5 jaar op hem gepast - daarna ging hij naar school en hoefde het niet meer. Juultje was redelijk bijdehand. Toen hij 5 jaar was - was zijn oppas even weggelopen toen Juultje in bed lag. Hij werd wakker en er was niemand. Hij heeft zich aangekleed, liep naar beneden, pakte de voordeursleutel van het haakje af, deed de deur op het slot - aan de buiten kant - en wandelde vrolijk naar zijn Oma die 2 km verder woonde. De oppas werd uiteraard ontslagen.................
In nov 1942 is de familie Walg tijdens een razzia opgepakt. Mevrouw heeft Jules voor het laatst gezien toen hij 9 jaar was in zomer van 1942. Het hele gezin én andere familieleden zijn in Auschwitz omgekomen. Vader 28-2-43, moeder en kinderen 22-10-42.
Jules staat vermeld op het Joods Kindermonument. Hij is 1 van de kinderen die in de jaren 42-43 vanuit Rotterdam vertrokken en nooit zijn teruggekeerd. Vanaf de verzamelplaats Loods 24 aan de Rotterdamse Spoorweghaven, ter hoogte van het Poortgebouw aan de Stieltjesstraat, zijn 686 Rotterdamse Joodse kinderen in de leeftijd van 1 maand tot en met 12 jaar gedeporteerd naar Westerbork.
De handschoentjes van Jules kreeg mevrouw tijdens het opruimen van spulletjes. Ze heeft ze haar hele leven met liefde bewaard en aan het museum geschonken.
Paar leren bruine glacé handschoenen voor het Joodse jongetje Juda Walg, bewaard door zijn oppas. Juda was 9 toen hij in 1942 op kindertransport naar Westerbork werd gedeporteerd. Hij vertrok vanaf "Loods 24".
"Loods 24" was de locatie waar Joden zich op 30 juli 1942 moesten melden om van daar uit Rotterdam gedeporteerd te worden. "Loods 24" was gevestigd op Rotterdam Zuid aan de Entrepotstraat 24. Op de plek waar de loods stond is een herdenkingsmonument opgericht. Aan de Stieltjesstraat is ter herinnering aan de weggevoerde joodse kinderen een kindermonument geplaatst.
De eerste deportatie startte op 31 juli 1942.